Onderzoek naar rol Nederlandse ambtenaren bij illegale adopties

Een onafhankelijke commissie gaat onderzoek doen naar misstanden bij adopties van buitenlandse kinderen door Nederlanders, en de mogelijke betrokkenheid van de overheid daarbij. Dat heeft het ministerie van Justitie en Veiligheid zojuist bekendgemaakt.

Politieke redactie 06-12-18
Nederlandse ambtenaren waren in het verleden mogelijk betrokken bij illegale adopties uit Brazilië, aldus het ministerie. Daarnaast is mogelijk geprobeerd om deze betrokkenheid ‘buiten beschouwing te laten bij een strafrechtelijk onderzoek’, schrijft minister Sander Dekker (Rechtsbescherming). Hij wil weten of dit vaker voorkwam, en in hoeverre de overheid een actieve rol speelde bij illegale adopties.

De informatie over de mogelijke betrokkenheid kwam aan het licht door een informatieverzoek op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). ‘De belangrijkste onderzoeksvraag is wat de feitelijke gang van zaken is geweest en wat de rol van de Nederlandse overheid was’, aldus Dekker.

Misstanden
De commissie zal haar net breed uitwerpen: het onderzoek richt zich op adopties uit Bangladesh, Brazilië, Colombia, Indonesië en Sri Lanka, in de periode van 1967 tot 1998, ‘met als beginpunt Brazilië’. Over die landen hebben ‘betrokkenen’ het ministerie gewezen op mogelijke misstanden.

Onderzoeksprogramma Zembla besteedde eerder dit jaar aandacht aan misstanden bij adopties uit Sri Lanka. In reactie op die uitzending zei Dekker nog dat de ‘primaire verantwoordelijkheid’ voor een zorgvuldige adoptieprocedure ‘lag en ligt bij de zendende landen’.

Maar op basis van de nieuwe informatie ziet Dekker nu dus wel aanleiding om het handelen van de Nederlandse overheid onder de loep te nemen.